Mijn blog is bedoeld als hulp voor mensen met een hoge myopie of bijziendheid. In mijn verhaal probeer ik mijn ervaring te delen en mensen aan te moedigen om niet altijd voor een eerste opinie te gaan. Verschillende oogproblemen en oogziektes komen hier aan bod o.a.:cataract, -operatie, voorkamerlensloslating, nastaar, maligne myopie, astigmatisme, glasvochtloslating, netvliesdegeneratie, glaucoom, verwijde pupil, lensinplanten, contactlenzen… Ook jullie ervaringen zijn meer dan welkom.
Het heeft altijd in mijn natuur gezeten
om iedereen vriendelijk gedag te zeggen. Meestal krijg je wel iets terug maar
de laatste tijd lijkt het wel of mensen een stijve nek hebben of hun adamsappel in de weg zit waardoor een knikje niet meer lukt, aangezien er niet veel reacties meer komen. Sinds een paar weken draag
ik nu constant mijn ooglap en dat heeft zo zijn gevolgen.
Het ligt in de mens zijn
aard om te staren naar iets wat niet gangbaar is, een ooglapje is nu eenmaal niet zo gangbaar
dus daar zijn de onderzoekende blikken. Wanneer mijn hoofd hun richting uitdraait
worden deze al vlug gevolgd door een vriendelijke ‘gedag’. Het is echt grappig
hoeveel personen me dezer dagen een ‘goede dag’ toewensen en dat kan toch
alleen maar positief zijn.
Naar de winkel gaan gaat plots zoveel
vlotter. Wanneer ik al een tijdje brillenwisselend, én met ooglap, met mijn neus voor de rekken
hang ontgaat dit niet aan de aandacht van het winkelpersoneel en komt de vraag of ze me kunnen
helpen in mijn zoektocht. Dit terwijl ik zijn collega een andere klant hoor
aanraden om goed te kijken wanneer de ongeduldige vrouw, al na een paar
seconden zoeken, te gretig gebruik maakt van de aanwezigheid van de rekkenvullende man.
Het personeel kan natuurlijk niet in
alle gangen op uitkijk staan, de rekken geraken namelijk ooit wel eens vol en terwijl
mijn man verder helpt onze kar een uitpuilende vorm aan te geven slaag ik er
toch nog in om 8 flessen conditioner mee te nemen i.p.v. 4 conditioners én 4
shampoo’s. De voorraad conditioner is alvast voor een hele tijd aangevuld.
Meer en meer vraag ik me af waarom ik
toch zo’n enorme angst had om met de ooglap naar buiten te komen, blijkbaar
heeft het alleen maar positieve gevolgen. Ik raad dan ook mensen die hier baat
bij zouden hebben hetzelfde te doen.
Zoektocht : ik ben nog steeds op zoek
naar mensen of bedrijven die me kunnen helpen met het maken van modieuze
ooglapjes.
Anekdote : Onze jongste houdt van
feestjes en sweet 16,17,18…Altijd heel leuk en amusant. Het enige waar hij een probleem blijkt mee te hebben is het kloklezen. Dit is nogal verwonderlijk
aangezien hij pas 5 of 6 was toen hij reeds perfect kon aanduiden welk uur het
was. Tijdens het puberen moet dat toch ergens verloren zijn gegaan. Op een
zaterdag word ik, midden in de nacht,
wakker voor een toiletpauze. Ik besluit even op zijn kamer te gaan kijken of
hij rustig in bed ligt. Zachtjes open ik zijn deur en hoor muziek weerklinken.
Een normaal inslaapritueel voor hem maar aangezien het ‘vroege’ uur vind ik het
vreemd dat zijn gsm nog niet automatisch uitschakelde. Ik knipper zachtjes het
licht aan en kruip op handen en knieën zijn grote bed op in een poging het
toestel tot zwijgen te brengen. Aangezien ik mijn bril niet opheb kom ik wel
heel dicht tegen hem aan en zie dat hij me met grote ogen en een verbaasde
brede glimlach ligt aan te kijken…Mijn vermoeden dat het kloklezen alweer niet
echt is gelukt wordt alleen maar bevestigd door de wakkere heldere ogen die me
aanstaren…
De dag van mijn bezoek heb ik toch wel
wat zenuwen. Al ben ik ervan overtuigd dat ik daar in goede handen ben. Toch
verloopt het anders dan dat ik in gedachten had. Eerst is er een gesprek waar
ik mijn verhaal een beetje vertel. Wanneer ik aangeef dat mijn rechteroog heel
regelmatig (en vooral ’s avonds) heel moe is en dat duidelijk merkbaar is,
wordt me gevraagd hoe dat komt. Een beetje verwonderd kijk ik de optometrist
aan omdat ik het nogal vreemd vind dat de vraag van haar komt terwijl die toch
eerder van mij zou moeten komen. Mijn vermoeden is wel dat mijn rechteroog zich
zo moet forceren dat het op het eind van de dag gewoon op is. De persoon gaat overleggen met de mij wel
bekende oogarts en komt dan terug voor verder onderzoek. Ik had aangegeven dat
het linkeroog me wel heel veel last bezorgt en ik daarom gebruik maak van
een ooglap. Er wordt een bedenking gemaakt of het niet beter is een filter op
mijn bril te kleven en eventueel te proberen met een prisma de twee beelden
samen te brengen. Maar het verschil tussen de twee ogen is zo enorm groot, het
ene beeld is dan ook nog eens een stuk groter dan het andere met een volledige
vervorming. Zelfs de beste illusionist krijgt dit niet op een aanvaardbare manier samengevoegd.
Dan blijft
er enkel nog de filter over maar aangezien die op mijn bril gekleefd wordt komt er nog steeds licht van de zijkanten wat dus wil zeggen dat het oog nog
steeds licht opvangt. Het geeft zeker beterschap maar het volledig afdekken is
gewoon de beste oplossing. Er wordt nog een poging gedaan om mijn leesbril
nog sterker te maken om toch dat ene lijntje op het tekstblad, verlicht door een intense lichtbundel, verder te kunnen
lezen wat uiteindelijk wel lukt maar ik voel de enorme inspanning die het me
kost. Ook de daarop volgende onderzoeken zijn vermoeiend. Iedere keer weer
vraag ik me af waarom zo tot het extreme uiterste moet gegaan worden om te zien
wat er nog uit te halen valt. In het dagelijkse leven is het kijken al
vermoeiend genoeg, moesten we ons op de manier moeten focussen die ze hier van
ons verwachten zou het gewoon niet uit te houden zijn. We lopen ook niet constant met een
mijnwerkerslamp op ons voorhoofd. Bij de testen wordt de meest optimale belichting gebruikt en lijken ze ervan uit te gaan dat we zo'n ingebouwde lamp bezitten. Waarom lijken
optometristen dat totaal niet te snappen. Ik zou heel wat hulp hebben aan middelen
waardoor ik mijn oog niet moet forceren en zeg dit dan ook. Eveneens het feit dat ik
niet alleen durf buiten te gaan omdat de angst me iedere keer weer om het hart
slaat wanneer dingen plots voor me opduiken en oneffenheden in een voetpad niet
worden opgemerkt.
Na hun bespreking kan ik langs bij de oogarts. Daar wordt
eigenlijk alleen bevestigd wat ik een jaar geleden zelf heb uitgedokterd,
dat het het beste is om de ooglap zoveel mogelijk of, nog beter, altijd te
dragen en niet te wachten tot het te moeilijk wordt in mijn hoofd of voor mijn
andere oog. Voor een witte stok kom ik op dit moment nog net niet in
aanmerking. Alweer een dubbel gevoel. Enerzijds wil het zeggen dat ik nog boven
de grens zit die wordt vooropgesteld, langs de andere kant waren er reeds momenten
in mijn leven waarop ik een heel stuk onder die grens zat en zal het terug in die richting
evolueren. Met mijn huidige zicht durf ik niet alleen buiten en vind het heel jammer dat
er niet wordt verder gekeken. Ook naar leeftijd toe. Momenteel heb ik nog de
leeftijd waarop alles aanleren nog vlotjes gaat. Niet alleen het aanleren van
het stokgebruik maar eveneens spraaktechnologie hier op pc. Binnen een paar
jaar kan dat al een heel stuk moeilijker zijn. Mijn man heeft het lumineuze
idee dat het misschien een optie is om me er toch alleen op uit te sturen. Wanneer
ik dan een paar keer tegen de vlakte ga, met bebloede neus en loszittende tanden
terug te gaan en dan opnieuw dezelfde vraag te stellen. Meestal vind ik zijn
voorstellen wel fijn maar voor deze ga ik toch even passen. Ik berust me er
alweer in maar vind het een beetje een gemiste kans.
Door het contact met
lotgenoten kreeg ik de zin om terug wat zelfstandiger te worden en zelf op pad
te gaan. Dit zal nog even moeten wachten. Gelukkig heb ik nog een groot vangnet
rond me doordat ik een beroep kan doen op onze beide ouders en vooral op mijn
man als privéchauffeur. Hier op pc lukt het wel met mijn grote scherm en een
groter lettertype maar ik ondervind dat ik slechts een bepaalde tijd voor het
scherm aankan omdat het oog alweer te moe wordt. Ondertussen adviseerden me
reeds een paar lotgenoten toch door te zetten met de aanvraag. Ook zij kregen niet
direct de nodige hulpmiddelen maar door een gemotiveerde uitleg werden ze uiteindelijk
toch opgenomen in het programma. Ikzelf nam eigenlijk geen enkele voorbereiding
omdat ik ervan uitging dat het wel in orde zou zijn. Ik laat het momenteel
allemaal even bezinken en ga nog even verder op hetzelfde elan. Het is nu niet
dat mijn brein pijlsnel achteruitgaat en de motivatie er wel komt op het moment
dat die nodig is om door te zetten en nieuwe dingen aan te leren.
Gelukkig komt er een lang weekend aan met
onze ‘vakantiebende’ dat alweer voor heel wat aangename momenten zorgt en me
even al de rest doet vergeten. Al heb ik af en toe toch wat hulp nodig zoals bij
het fornuis waar de touchtoetsen van de kookvlakken niet te zien zijn, gelukkig
kan ik de eerste de beste die de keuken inkomt vast grabbelen om me even op weg
te helpen. Eén avond wordt er TV gekeken, 'Pirates of the Carribean' waar ik plots wel een heel vreemd vertrouwd gevoel mee krijg. Het scherm is een heel stuk kleiner dan wat ik thuis gewend ben en zorgt ervoor dat mijn hoofd het zicht van de andere kijkers net niet verstoort, al lijkt het wel of ik met mijn ooglap volledig zou kunnen blenden in het geheel. De schuine kant aan ons
bedhoofd wordt op het hele weekend slechts één keer geraakt door mijn
voorhoofd, een hele prestatie. Bij het maken van een avondwandeling door het prachtige Brugge blijkt nog
maar eens dat alleen op pad gaan echt geen optie meer is. Ik besluit dan maar
mijn man nog wat steviger vast te nemen terwijl ik blindelings zijn passen volg
en stel me de vraag waarom dit niet begrepen wordt, zelfs niet in een
gespecialiseerd centrum…
Anekdote : Op weg naar de kerk, voor het
doopfeest van mijn man zijn petekindje, waren we op zoek naar een
parkeerplaats. Wanneer ik naast me zit te kijken zie ik, recht voor mijn neus
én als enige van de 4 inzittenden in de wagen, dat een andere auto zijn parkeerplekje
verlaat. Apetrots maak ik er de rest nog eens attent op dat IK wel degene was die het
zag en mopper ondertussen nog maar eens waarom ik niet meer met de wagen mag
rijden. De reden wordt een paar uur later duidelijk wanneer ik, bij het
passeren van de tafel, nietsvermoedend de taartenplateau raak en hem zo, met veel lawaai, de
grond op kieper. Gelukkig waren de laatste stukjes taart net ergens anders in
veiligheid gebracht. Toch was ik een beetje verbaasd dat mijn hulp bij de
vaat plots niet meer nodig was en ik rustig aan tafel mocht gaan zitten.
Het moet ongeveer een 20 jaar geleden zijn dat ik mijn
persoonlijke parkeerkaart kreeg toegestuurd. Toch kan ik de momenten dat we ze,
in heel deze periode, gebruikten op mijn twee handen tellen.
Hoe dat komt?
Ten eerste omdat vanaf het moment dat je nog maar de intentie
hebt om een parkeerplaats voor gehandicapten op te rijden je priemende blikken
in je nek voelt van oordelende mensen die zich afvragen wat je handicap zou
kunnen zijn en of je wel recht hebt om daar te staan. Van het moment dat het
portier opengaat inspecteren onderzoekende ogen je van kop tot teen, wat een
heel onaangenaam gevoel geeft.
Eén van de redenen voor deze argwanende blikken is natuurlijk het veelvuldig
misbruik van de kaarten. Als je ziet dat er heel wat kaarten in omloop blijven
terwijl de wettige eigenaar allang is overleden, is dat alleen maar schrijnend
te noemen. Hoe kan het in mensen hun hoofd goed voelen om parkeerplaatsen te
gebruiken die voorzien zijn voor mensen die ze echt nodig hebben.
De tweede reden is omdat ik vind dat ik wel nog ‘gewoon’ kan
stappen en dus niet direct aan de bestemming hoef afgezet te worden. Mijn man
is natuurlijk altijd chauffeur en helpt me dan ook overal te komen. Voetpaden
in de stad zijn niet altijd even breed en niet bepaald vergelijkbaar met een
biljarttafeloppervlak, obstakels zijn eveneens veelvuldig aanwezig. Bij extreme gevallen
van al deze combinaties zijn dit dan ook de weinige momenten waarop we eens
gebruik maken van de kaart.
Ten derde vind ik persoonlijk dat iemand die verlamd is aan de
benen, en/of zelfstandig een auto bestuurt als eerste de ‘luxe’ moet krijgen om
een parkeerplaats te vinden die breed genoeg is om zich van zijn wagen in zijn
rolstoel te kunnen verplaatsen. Ook mensen die heel moeilijk te been zijn
hebben voor mij het voorrecht om tot vlakbij hun bestemming gebracht te kunnen
worden.
Begin dit jaar maakten we nog eens gebruik van een parkeerplaats
maar hadden daarbij een heel onaangename ervaring. We gingen mijn twee nieuwe
brillen afhalen bij de optiekzaak, gelegen op een hoek waar het voetpad over
een hele straat wel wat verbeteringswerken kan gebruiken en daarbij ook nog
eens heel smal is. Mijn man had me afgezet aan de deur van de optiekzaak en de
wagen wat verderop op één van de gehandicaptenparkeerplaatsen gezet, die op dat moment
als enige vrij waren. Bij het inrijden van de parking zag hij een oudere vrouw van achter haar raam nauwlettend alles in de gaten houden. Bij de tijd dat hij zijn
portier opende stond ze al op de stoep om hem erop te wijzen dat hij er toch
wel heel goed uitzag om op zo’n parkeerplaats te staan. Dit terwijl hij net de
kaart voor de autoruit had gelegd. Heel beleefd heeft hij haar uitgelegd dat
hij mij net had afgezet en dat het zeer onfatsoenlijk was van haar om zo’n
reactie te geven. Blijkbaar voelde ze toch enige schaamte en zette, zonder
verdere commentaar, haar terugtocht richting
woonkamer in. Toen hij de optiekzaak binnenkwam was hij echt wel aangeslagen
door haar reactie.
Naar verluidt zouden 1 op 3 van de kaarten geen rechtmatige eigenaar
meer hebben, dan is de kans groot dat daar regelmatig iemand parkeert die er niet
hoort te staan én zelfs mensen zonder kaart deinzen niet terug om ‘even vlug’
een plaats in te nemen. Maar het komt heel hard aan als je wel het recht hebt en
zo wordt afgesnauwd. Het zal alweer even duren voor we een blauwe parkeerplaats
gebruiken, ik hef wel even beter mijn voeten op en loop netjes recht achter
mijn man aan als het voetpad te smal wordt. Maar eigenlijk zou dit geen enkel probleem
mogen vormen en zouden we ons niet slecht mogen voelen op momenten dat het
nodig is om daar te parkeren.
Daarom ben ik ook heel blij dat deze frauduleuze
praktijken eindelijk worden aangepakt. Een geldboete is, volgens mij, niet echt een
oplossing. Zeker omdat deze voor de ene al makkelijker te betalen valt dan voor de andere en het vooral om ‘empathie’
gaat. Het besef van de functie van die plaats die ze zomaar zonder schroom innemen.
Een beter resultaat zou bereikt worden wanneer ze een tijdje aan de lijve ondervinden
hoe het is om te leven met een beperking, ook in een revalidatiecentrum of
instelling omgaan met mensen met een beperking lijkt me een goed idee. Pas dan
zou er begrip komen. Mensen snappen de problemen maar als ze het zelf meemaken, ze
zijn nu eenmaal heel hardleers én hebben zelfs regelmatig een moment van
herinnering of sensibilisering nodig om niet te vlug in herhaling te vallen van
hun wangedrag... Mijn facebookpagina : HogeMyopie